De eerste gedachte die door mijn hoofd schoot na het vernemen van de dood van Gerd Müller was de befaamde uitspraak van commentator Herman Kuiphof tijdens de WK-finale van 1974 te München: ’zijn we er toch ingetuind’. Als 11-jarig jongetje zat ik op 7 juli 1974 voor de kijkbuis met afgrijzen naar die Duitse withemden te kijken, het schuivertje van ’der Bomber’ kan ik me nog levendig herinneren. Maar wat me nog steeds op mijn netvlies brandt was de triomfantelijke blik van aanvoerder Franz Beckenbauer op het moment dat hij de wereldcup in zijn handen kreeg. ’De Verlosser’ – Johan Cruijff – was verslagen door een Duitse ’Kaiser’ Franz Beckenbauer), een voetbaltrauma was geboren…..
Niets moesten Nederlandse voetbalfans hebben van dat kleine gedrongen mannetje dat in het begin van zijn carrière niet eens aan de bak kwam, omdat toenmalig Bayerncoach Zlatko Čajkovski hem niet zag zitten. ’Wat moet ik met zo’n gewichtheffertje’ riep hij uit, maar op deze kwalificatie kwam hij schielijk terug toen hij constateerde dat Müller overal en altijd scoort. Bij zijn eigen club scoorde de gedrongen Duitser gemiddeld bijna elke wedstrijd een doelpunt en bij de ’Mannschaft’ gemiddeld zelfs meer dan een goal per match. Dat zijn exceptionele statistieken voor een spits.
In 1974/1975/1976 won Bayern München de Europacup 1, drie op een rij, dat kunstje had Ajax de jaren daarvoor eveneens geflikt. In twee van de drie finales scoorde ’der Bomber’, waaronder die van 1974. Je zou verwachten dat Müller daarom in dit ’rampjaar voor het Nederlandse voetbal’ tot Europees voetballer van het jaar gekroond zou worden, maar niets werd minder waar. Het was dat frêle jochie uit het Amsterdamse betondorp die er met de prijs vandoor ging. Objectief gezien niet helemaal terecht natuurlijk, want Johan Cruijff verloor in de WK-finale van de Duitsers en zijn nieuwe club Barcelona speelde in dat sezoen niet eens in de Europa cup 1-competitie. Drie keer mocht ’nummer 14’ de Europese ’gouden bal’ boven zijn hoofd tillen, tegen Gerd Müller maar één keer (in 1970)
Maar ja, wat heb je eraan, wereldkampioen zijn ’we’ niet geworden, zelfs met 3 gouden ballen kon de bevrijdende treffer in München (1974) niet tegen het net getikt worden. ’Mister frommelgoal’ Müller vond het doel wel, niet met een prachtige knal van 30 meter, maar met een bekeken schuivertje uit de draai. Het rugnummer 13 bracht de kleine Duitser geluk, ’nummer 14’ had het nakijken. In Nederland werd/wordt meestal lichtelijk badinerend over ’der Bomber’ gesproken, hij zou niet kunnen voetballen en alleen maar lelijke goals kunnen scoren. Dat is natuurlijk nonsens, maar wel begrijpelijk. Tenslotte moet je je (voetbal)trauma op iemand afreageren, nietwaar?
Gerd Müller was een ouderwetse clubman, de enige (Duitse) topclub waarvoor hij heeft gespeeld is Bayern. (noot: beste Lionel, waar zie je dat tegenwoordig nog?) In zijn nadagen haalde hij nog wat Dollars op bij het Amerikaanse Fort Lauderdale Srikers, maar uiteindelijk sneed hij zichzelf daarmee in de vingers. De Amerikaanse horecasector werd de fameuze topscorer bijna fataal, de alcoholische versnaperingen in zijn restaurant werden voornamelijk door hemzelf genuttigd. Berooid en met een fiks alcoholprobleem reisde hij terug naar de ’Heimat’, maar zijn oude ploegmakkers waren hem niet vergeten. Uiteindelijk ging Müller aan de slag als jeugdtrainer bij Bayern. Eind goed al goed zou je denken.
Tot zijn 70e levensjaar was eigenlijk alles koek en ei, daarna ging het langzaam bergafwaarts, aangezien Müller werd getrofen door de ziekte van Alzheimer. Maar zolang wij nog niet getroffen worden door deze vreselijke ziekte zullen wij hem herinneren als degene die de Nederlandse voetbaldroom uiteen liet spatten. Maar niet alleen die ’eer’ komt hem toe, maar ook die van – misschien wel – de meest effectieve spits die ooit op een voetbalveld heeft rondgerend. Niet Mr. frommelgoal’ dus, maar ’DER BOMBER’
Nog altijd vind ik dit één van de mooiste bijnamen die ooit aan een voetballer is toegekend. Of ik nog een andere leuke bijnaam weet van een Duitse voetballer? Die van Beckenbauer heb ik al gememoreerd, dus moet het een andere worden. Wat dacht U van de bijnaam van de ’ehemalige’ bonkige blonde Horst Hrubesch? ’De lelijkste spits van Europa’. Beetje flauw om aan het einde van dit stukje de Duitsers nog een beetje te sarren? Dat zal, maar hét voetbaltrauma heb ik zelf ook nooit echt kunnen verwerken….
Die Verteidiger hauen lange nicht mehr so hin wie damals (Gerhard Müller, 1945 – 2021)
Terms & Conditions
Subscribe
Report
My comments