Jort Kelder heeft al jaren een voorliefde voor een ieder die een dubbele achternaam draagt. Dan zou het namelijk wel eens om iemand uit de adellijke stand kunnen gaan. Kelder ruikt edellieden nog met windkracht 10. Zelfs als de wind van gene zijde waait. Vorige week had ik het onstellende geluk te blijven hangen bij een aflevering van zijn nieuwe serie over de adel: ’van oud geld, de dingen die niet voorbij gaan. Met zijn aangeleerde ’tongue-in-cheek’ struint hij de adellijke landgoederen in Nederland af alwaar hij keurig nette interviews afneemt met de één of andere baron ’van hier tot daar’ die hem op dezelfde bekakte manier te woord staat. Het verschil met de – ’graag zou willen zijn’ ofwel would be – edelman Kelder is, dat het spraakgebrek van Graaf ’van Ameland naar Terschelling’ authentiek klinkt en dat van Kelder geveinsd.
Met zijn bretelbroek op ’hoog water’ zet Jort stemmige klassieke grammofoonmuziek onder de prachtige opnames van de kastelen en landhuizen. Het is werkelijk een plaatje van een programma, slaapmiddelen kunnen definitief in de prullenbak. Zoete dromen met champagnebrunches en ’Strausswalsen’ liggen in het verschiet. Toch kon ik maar moeilijk de slaap vatten vanwege de angst dat elk moment die enge Ivo Niehe als co-presentator de kasteeltuin in zou komen wandelen. Tja, dan is de ’tournure’ naar een horrorfilm snel gemaakt!
Als er blauw bloed in Uw aderen stroomt zou ik de volgende paar alinea’s maar snel overslaan, vanwege de extreme onbeschaafdheid die ik vertoon in mijn beschrijving van Uw ’mensensoort’. Maar geen nood, bij de daarop volgende kunt U – in pluralis majestatis – gerust een gepocheerd eitje nuttigen. En een glaasje Late Bottled Vintage port. Tenslotte heb ik ook adellijke vrienden, nietwaar?
Eigenlijk zijn ’adellijken’ te beschrijven als Europese plantagehouders die op een weerzinwekkende manier (keuter)boeren van hun land heben beroofd en ze als slaven – horigen – aan het werk hebben gezet. Ter meerdere eer en glorie van hun eigen rijkdom en status. Een en ander ging/gaat gepaard met een decadent leven dat ver af staat van de keiharde werkelijkheid van het gewone klootjesvolk. Om de OSM-cultus – Ons Soort Mensen – in stand te houden trouwen familieleden regelmatig met elkaar wat inteeltverschijnselen bevordert. Ok, misschien is een kind verwekken bij Uw jongere zusje niet meer van deze tijd, maar nichten en neven zijn nog altijd favoriete huwelijkskandidaten. Bij voorkeur op internationale schaal, zodat waar ook ter wereld eigendom kan worden verworven/geërfd.
Ik vermoed dat het bijna niet-present zijn van nationalistische gevoelens onder de Nederlandse bevolking sterk te maken heeft met de Duitse ’roots’ van het Nederlands Koningshuis. En het Wilhelmus natuurlijk. Dat pestlied heeft toenmalig Koningin Wilhelmina maar mooi door onze strot gedouwd. De meeste Nederlandse aristocraten hebben een vreemd spraakgebrek, ze schijnen met geen mogelijkheid de letter ’R’ te kunnen uitspreken. Willem-Alexander houdt het overigens bij een licht geaffecteerde toon. Soms verraadt hij wel zijn plat Haagse ‘L’.
Even een kleine terzijde: de socialistische omroep VARA introduceerde in 1980 het ’concept’ Kinderen voor Kinderen. Zonder enige uitzondering bleken deze ’arbeiderskinderen’ tevens problemen te hebben met de juiste uitspraak van die letter ’R’. Oud sportkomiek Harry Vermeegen nam met kinderkoor ’de boksbeugeltjes’ het nummer ’ik heb die zwaarbekakte R niet’ op. Zijn ’kinderkoorkindjes’ kwamen immers niet in aanmerking om voor ’Kinderen voor Kinderen’ te zingen. De plekken in het rode kinderkoor werden namelijk ingenomen door jongelingen van het Gooische matras. De VARA heeft begin tachtiger jaren mooie invulling gegeven aan de term ’salonsocialisme’, zoveel is zeker.
Aan de andere kant hebben aristocraten positief bijgedragen aan de ontwikkeling van de landbouw, liefdadigheid, cultuur, kunst, de economie en ’last but not least’ aan het cultiveren van goede manieren. Kleine nuance: heeft U Koningin Maximá wel eens een glas wijn vast zien houden? Ok, misschien komt zij wel niet uit een oud adellijk geslacht, het zij haar vergeven. Maar haar Nederlandse inburgeringscursus had ze beter niet bij die Tjeenk Willink kunnen volgen. Ze spreekt keurig Nederlands, maar wel met zo’n afgetrokken bekkie die we gewend waren van Wilhelmina en Juliana. Gewoon altijd Spaans spreken Max, laat ze in Nederland toch de klere krijgen, zou ik zeggen.
Onmiskenbaar hebben ijverige aristocraten prachtige (landbouw)bedrijven en fokkerijen opgezet, schitterende kastelen/landhuizen gebouwd, met aan de muren adembenemende schilderijen. ’All over Europe’ is de culturele erfenis van de Adel te aanschouwen, parels aan de ketting van de Europese beschaving. En edellieden zijn overlevers. Zelfs in het Roemeense Transsylvanië waar onder andere tiran Ceauşescu alles uit de kast gehaald heeft de Adel uit te roeien. Dat is hem – Godzijdank – toch niet volledig gelukt. In dit verband kan ik U het boek ’Kameraad Baron’ van schrijver Jaap Scholten warm aanbevelen.
Toch nog even terug naar onze Jort. Na afloop van zijn ’Adellijke aubade’ begon ik meteen terug te verlangen naar Gert-Jan Dröge. Natuurlijk ging zijn hilarische serie ’Glamourland’ niet alleen maar over de aristocratie in Nederland, vooral de Nouveau Riche werd op de hak genomen. Ja, Nouveau Riche belachelijk maken past natuurlijk niet in het repertoire van Jort Kelder, hij is immers zelf onderdeel van deze laatste variant…Of is hier ook geen sprake van Jort? In dat geval nog maar een beetje harder werken! Arbeid Adelt immers nietwaar? Uiteindelijk is Jort’s toekomstdroom dat hij zijn eigen ’adelijke hazen’ mag schieten. Er is echter één probleempje met die adelijke hazen, Jort: ze ’stinken’. De smaak is – mits goed bereid – echter subliem. Ok vooruit Jort, jij krijgt ook een stukje haas, opeten mag je de lekkernij ook nog. Maar alleen in de (wijn)kelder…… Zoals ‘het heurt’, za’k maor zegg’n.
Zo, en nu ga ik een geopcheerd eitje nuttigen. De azijn in het pannetje vergeet ik niet hoor! Want Noblesse Oblige, Adel Verplicht!
De oudste adel is de beste omdat men dan het grondigst vergeten is hoe men eraan gekomen is.(Antoon Vloemans, Vlaams schrijver, 1898 – 1982)
Terms & Conditions
Subscribe
Report
My comments